zaterdag, 19 juli, 2014, 12:41 pm - Overige
Stuk over argente en ruby eyed mutaties die bij de tamme rat voorkomen. Deze tekst is afkomstig van de vroegere Belgische vereniging vereniging Rodent. De pp (pink eye) en rr (ruby eye) factoren bij ratten
Beide genen, wanneer ze recessief voorkomen, dus rr en pp hebben een invloed op de vorming van zwart pigment in het ganse dier tijdens het begin van de groeiperiode van de haren.
Door de pp en rr factoren wordt de vorming van bepaalde chemische stoffen verhinderd waardoor de eumelanine, die verantwoordelijk is voor het zwarte pigment in de haren en de ogen, niet of in verminderde mate in de haren en de ogen geraakt als pigmentkorrels. Daardoor worden de ogen doorzichtig en zien we de bloedvaatjes erdoor schijnen, waardoor we dit zien als rode ogen.
Bij de pink eye dilution wordt de vorming van melanine in de melanocyten in grote mate geblokkeerd door interferentie met het tyrosine enzym. De vorm van de pigmentkorrels wordt veranderd van ei-vormig tot een onregelmatige vorm.
In de haren wordt bij het aanwezig zijn van de pp factoren echter de vorming van phaeomelanine weinig tot niet verhinderd, zodat het dier er min of meer licht geel uitziet.
Bij ruby eye dilution wordt de structuur van de pigmentkorrels veranderd van ei-vormig tot min of meer rond. De zwarte kleur krijgt hierdoor een leikleurig ("minkachtig") uitzicht.
Bij robijnogen is de pigmentvorming gereduceerd, maar niet volledig uitgeschakeld, waardoor de ogen donkerder rood schijnen dan bij de roze ogen.
Aangezien de ogen ook opgebouwd zijn uit dezelfde stof als de haren (het zijn eigenlijk van oorsprong gemodificeerde haren), hebben ze dezelfde eigenschappen. Ook in de ogen zitten melanocyten die verantwoordelijk zijn voor de vorming van pigmentkorrels.
De term argente komt van "zilver" doordat de haartoppen, die bij agouti zwart tot zeer donkerbruin gekleurd zijn, in dit geval geen pigmentkorrels bevatten, waardoor we enkel de eigenlijke kleur van de keratine zien, wat voor ons zilverachtig schijnt. Naar het einde van de groei van de haren wordt terug eumelanine gevormd, wat tot uiting komt in de blauwe grondkleur van deze overigens gele dieren.
De pp en rr factoren zijn zoals men kan zien geen allelen, het zijn dus geen varianten van hetzelfde gen, aangezien ze op een verschillende plaats op het 7de chromosoom liggen.
Foto van een ruby-eyed, in Nederland geel donkeroog genoemd:
En van geel-roodoog pp: