Op deze website staan foto's van de kat genaamd Tommy. Ook geregeld komt hij voor in mijn blogs. Daarom hieronder het verhaal
van Tommy, de huiskat.
Ik ben opgegroeid met katten. Mijn moeder was een echte kattenliefhebster. En mijn vader moest van oorsprong niets van katten hebben.
De eerste herinneringen als klein kind is dat wij Poekie hadden. Dit was een aangelopen wilde kat en liep soms mee terwijl ik
op de fiets bij mijn moeder zat en weggebracht werd naar de peuterzaal. Na Poekie kregen wij een pik zwarte
kat genaamd Tommie. Mijn vader moest zowel van Poekie als Tommie niets weten en ze bleven op afstand van hem. En het bijzondere
is dat waar Tommie geboren is, het huis was waar mijn ouders later naar toe zijn verhuisd. En na Tommie kwam een bijzonder kat
genaamd Ringo. Mijn Ringetje. En ik noemde hem ook wel eens Pinkeltje. Het ging om een Brown-Tabby Perzische kater en qua
karakter een grote schat. Hij hoorde bij het gezin. Zelfs mijn vader vond dat! Zo stond pa geregeld met Ringo in de armen. Toen ik
op mijn zelf ging wonen (ongeveer 300 meter van mijn ouders vandaan), bleef Ringo bij mijn ouders. En na Ringo.... geen kat. Want
mijn nichtje bleek allergisch voor katten te zijn.
Juli 2016 op het sterfbed van mijn vader besprak ik met mijn pa dat ik voor mijn ma een nieuwe kat zou zorgen. Mijn vader keek me
aan en in zijn ogen zag ik de herinneringen aan Ringo. Zijn woorden waren letterlijk: Martin, dan moet jij er ook voor zorgen!
Paar weken later vertelde ik dit aan mijn moeder. En mijn moeder was direct tegen met als argument dat zij niet voor een kat kon zorgen.
Maar eenmaal aan het idee gewend begon ze op Facebook naar kattenfilmpjes te kijken. En op internet naar kattenfoto's te zoeken. En al
snel (oktober 2016) vond zij op Marktplaats een Perzische kat. En die leek sprekend op Ringo. Met één verschil: Ringo had gele ogen in
plaats van groen. Hij was al wat maandjes oud en nog steeds niet verkocht. En in overleg met mij heeft mams gebeld. En na een paar
keer bellen en praten had ze een afspraak gemaakt. Samen ging ik met mijn moeder naar Nieuw-Amsterdam om naar deze kat genaamd Tommy
te kijken. De fokker vertelde dat Tommy schuw en bang van karakter was. Dit terwijl ik Tommy al in mijn armen had. Mijn moeder twijfelde
door het verhaal, maar ik was al verkocht door de klik. Tommy ging mee naar Vroomshoop.
Ik kan mij nog herinneren dat ik in de avond bij moeder langs kwam en zij met Tommy in de keuken op schoot zat. En dat mijn moeder
ondanks slecht op de been toch naar de winkel was gefietst om kattensnoepjes te halen. En natuurlijk wat extra speelgoed naast dat
wat al gekocht was. En daarna ben ik geregeld gebeld op momenten dat mijn moeder in paniek was. Tommy is zoek!, ik kan Tommy nergens
vinden! Elke keer passen we dingetjes in huis aan zodat Tommy minder kon verstoppen. Maar al in de eerste week zaten Tommy en mijn
moeder naast elkaar. En bij elkaar. Samen tv kijken en waar mijn moeder was, daar was Tommy helpjes aan het doen. En natuurlijk: ik
zorgde voor de verschoning van de kattenbak.
Er was wel een nadeel aan Tommy. De krabpaal werd niet gebruikt. Hij zag de bankstellen als zijn krabpalen. En het duurde dan ook niet
lang voordat de oude stoel van mijn vader geheel bekrast was. "Ach", zei mijn moeder, "dat maakt ook niets uit. Want pa was nooit echt
te vreden over die stoel geweest. En hij is er toch niet meer".
En toen kreeg mijn moeder in april 2017 koliekpijn. Onderzoek naar onderzoek bleek mijn moeder alvleesklierkanker met uitzaaiingen
te hebben. Iets wat zij Tommy niet kon vertellen. Terwijl verder nog alles goed leek, wist ze ineens dat ze maar vier tot zes maandjes
te leven had. Mams kreeg veel aandacht. Vrienden, kennissen en familieleden kwamen allemaal langs wat zij ontzettend fijn vond. Maar mijn
moeder kreeg ook aandacht van Tommy. Ze deden echt alles samen. Op het slapen na!, want dan werd Tommy in de keuken opgesloten.
Na het opstaan zag mijn moeder dan ook altijd de vrolijke Tommy. De nachten werden langzaam voor haar zwaarder en pijnlijker. En
de ontmoetingen in de ochtend werden dan ook steeds waardevoller. Daarna werd het een ritueel van alles samen doen: samen eten, samen
even met de iPad spelen. En daarna samen tv serie de Bold and The Beautiful kijken. Tommy werd verwend. En Tommy mocht alles. Behalve
op de rugleuning van de bank zitten. Dat ging te ver en mijn moeder zei dan direct: eraf! Dat mag niet!
"Tommy is mijn kat", zei mijn moeder, "en ik ben zijn kattenmens. Ik kan Tommy niet vertellen wat er allemaal gaat gebeuren. En
dat Tommy straks moet verhuizen en aan een nieuwe omgeving moet wennen." Soms sprak ze uit dat ze jammer vond dat Tommy opgehaald
was. Want ik had geen keuze dan Tommy van haar over te nemen. "Ach, misschien geeft hij ook wel troost", zei mijn moeder een keer.
Op dat moment was Tommy ook heel eenkennig namelijk. Maar ik vertelde mijn moeder dat alles goed zou komen. En dat wij vast
goede dikke vriendjes zouden worden. Zelfs vertelde ik dat ik soms eerder naar bed ging om wat te lezen of te programmeren.
Dan mag Tommy op mijn bed naast me liggen. Mijn moeder maakte me direct duidelijk dat ik Tommy niet op mijn slaapkamer kon houden.
"Hij gooit 's nachts je bril af hoor", waren haar woorden. En meer negatieve dingen zoals dat hij me wakker zou houden.
En 31 oktober 2017 was die rotdag waarvan wij als mensen allemaal wisten dat die kwam. Mijn moeder fluisterde in de oortjes
van Tommy: als ik in de hemel ben, dan stuur ik vogeltjes naar je toe. En Tommy kreeg van alles niets mee, tot in de avond...
Ineens werd hij in een transportkooi gestopt waarin een handdoek lag met zijn geur. En ging hij met mij mee. Thuis aangekomen heb
ik hem op de voor hem ingerichte kamer opgesloten. Tommy wist niet wat hem overkwam. En in de ochtend zag ik dan ook dat de
kattenbak niet gebruikt was en dat zijn brokjes er nog zo bijlagen zoals ik het neergezet had. Tommy keek mij aan met
grote ogen. Ik had mijn moeder beloofd om Tommy elke ochtend te kammen, maar dat liep uit op een groot drama. Tommy was op dat
moment geen troost.
Op de ingerichte kamer stond nog een oude kast en die moest nog vervangen worden door één van de kasten van mijn moeder. Eén die veel beter
was. In de loop van de dag had mijn broer verschillende onderdelen op deze kamer gezet. En deze kamer was dan ook rommelig geworden.
Tommy zat onder mijn bed en daar bleef hij de hele tijd zitten. Toen ik naar bed ging wist ik dan ook ff niet hoe hiermee om te gaan.
Ik kreeg hem daar niet vandaan. Ik heb toen de nog niet gebruikte kattenbak op mijn slaapkamer gezet
inclusief zijn eten en drinken. Toen eenmaal ik mijn lamp uitdeed, hoorde ik gekrab en gespit. En daarna knakken van brokjes. En
dit geluid zal ik in mijn leven nooit meer vergeten. Het deed me zo ontzetten goed. Daarna voelde ik iets op mijn bed springen. En
voelde ik aan de deken de stapjes die hij op mijn bed maakte. En daarna hoorde en voelde ik niets en ben ik in slaap gevallen.
De volgende dag was hetzelfde. Hij lag nog steeds onder mijn bed. En de kattenbak en eten idem. En op moment dag de lamp uitging
weer het gevoel dat hij langs me op bed liep. Maar gelukkig de dag erna begon Tommy langzaam aan zijn ontdekkingstocht door mijn
huis. En 's avonds ging hij naar zijn speciaal voor hem ingerichte kamer waar hij meerdere slaapplekjes had. Wel vreemd was dat terwijl
hij daar voor de eerste keer sliep ik dacht dat er een kat op mijn bed sprong en langs me heen liep. Het
kammen zoals mijn moeder vertelde en voordeed hoe dit moest, lukte voor geen meter. En Tommy en ik hebben daar langzamerhand
een eigen weg in gevonden. Ik kam hem nu als een popje die ik eerst op tafel leg. Hij gaat dan liggen en gaat dan zelf draaien.
En ik kan dan onder zijn buik kammen. En dan houd ik hem in mijn armen terwijl ik hem knuffel kam ik zijn achterpoten. En
natuurlijk krijg hij na zo'n kambeurd mama-snoepjes. Want mijn moeder had een enorme voorraad
van de snoepjes die zij de eerste dag had gehaald in huis gehaald. En tot op de dag van vandaag noem ik het dan ook mama-snoepje.
De eerste paar weken heeft hij 's avonds in de woonkamer alleen maar onder de eettafel op de stoel gezeten en gelegen. Overdag lag hij
onder mijn bed. Op de stoel in de woonkamer keek hij naar beneden naar twee grote kooien waarin hamsters zaten. En al snel bleek dat
Tommy gek is op hamster-theater. Hij heeft daarom een eigen hamsterkooi in de gang waarin Campbelli dwerghamsters zitten. En vanaf de
trap kan hij die heel mooi bekijken. Zo half november sprong hij ineens op de bank en ging hij op de leuning zitten waar mijn
moeder altijd zat. Ik was zo blij dat hij bij mij ging zitten dat ik hem niet zoals mijn moeder weg jaagde. En sinds die tijd zit hij
vele uren per dag daar. En hij blijft liggen ook al knuffel ik hem. Maar het bijzondere is wel dat hij mijn bankstel niet gebruikt
als krabpaal. Hij spring er voorzichtig op, loopt er voorzichtig overheen en zorgt ervoor dat er geen kras op komt!
Begin 2018 kwam ik laat uit Amsterdam en ik vond het vervelend om Tommy direct alweer op te sluiten in zijn slaapkamer.
In plaats van hem op te sluiten heb ik hem meegenomen naar mijn slaapkamer. En alle deuren open laten staan zodat hij
zelf de keuze kon maken wat hij ging doen. Hij bleef pal naast mij slapen op zijn eigen dekentje. En zo kwam
het uit dat wat ik mijn moeder vertelde, dat ik in bed aan het programmeren was, Tommy naast me zat. En hij is verder ook niet stout
en laat alles liggen. Wel blijft hij keurig altijd op zijn dekentje. En afhankelijk van seizoen ligt hij daar of ligt hij op de stoel,
onder mijn bed of naast de kast. Wel merk ik dat in de zomermaanden hij wegloopt als ik slaap. Want 's avonds en in de nacht zijn er
vleermuizen in de omgeving. En hij vindt het heel leuk om naar deze vleermuizen te kijken.
Mijn verjaardag op 30 april 2018 hebben wij in de Efteling gevierd. Het was een prachtige lentedag en thuis aangekomen zag ik
Tommy voor het raam zitten. Zijn staart bewoog heen en weer. Er vlogen op dat moment vogeltjes langs het raam. En ze gingen pal
voor het raam zitten. Dit duurde ongeveer twee uur en ik fluisterde in de oren van Tommy: dat is mams, die stuurt samen met papa vanuit
de hemel vogeltjes.
In de weken, maanden en jaren is Tommy mijn grootste vriend geworden. We doen alles samen. Als ik van mijn werk kom zie ik hem naar beneden springen om mij
te verwelkomen. Het maakt niet uit hoe laat dit is. En dit voordat ik de deur nog open heb gedaan. We lopen samen naar boven als
we gaan slapen. En ik hoef alleen maar te zeggen "kom, we gaan naar bed". Of "Google alle lampen uit", want blijkbaar betekent dit voor
Tommy hetzelfde. Tommy kijkt graag naar hamsters. En ook al is er eentje ontsnapt, hij wijs het me aan maar gaat er zelf niet mee
spelen. En helemaal niet opeten. En Tommy kijkt graag op afstand hoe ik foto's van mijn hamsters maak. Tommy is een grote troost. Op momenten dat ik
aan vroeger denk, kijk ik naar Tommy en dan zegt hij auw. Hij laat het mi van miauw altijd achterwege. Tommy loopt graag voorop. En kijkt daarbij om of ik wel
meeloop. Op de bank waar mijn moeder altijd zat, ligt een kleed. als het kouder wordt, ligt hij daar. En anders op de leuning van deze zitplaats. Er gaat
geen dag voorbij dat hij daar niet ligt.